Waarom we onze welvaart collectief verdienen – en waarom het tijd is om dat ook zo te verdelen

De mythe van het harde werken

We vertellen onszelf graag dat we onze welvaart te danken hebben aan hard werken. Dat succes vooral een kwestie is van inzet, discipline en ondernemerschap. Maar wie even afstand neemt, ziet dat dit beeld maar een deel van de werkelijkheid laat zien.

Neem een boer in Nederland en een boer in Sub-Sahara-Afrika. De één rijdt op een moderne tractor, gebruikt hoogwaardig pootgoed, verkoopt via digitale veilingen en rijdt over glad asfalt naar de opslag. De ander bewerkt de grond met een hak, heeft geen irrigatie, geen toegang tot krediet, en is afhankelijk van de grillen van het weer.

Beiden werken hard — soms zelfs de Afrikaanse boer harder — maar hun opbrengst verschilt met een factor tien, honderd, soms duizend.

Wat maakt dat verschil? Niet de spierkracht, niet de wil, maar het systeem waarin ze werken.

Onze productiviteit is voor het overgrote deel te danken aan het collectieve kapitaal dat ons omringt:

  • de wegen, bruggen en havens die onze goederen verplaatsen;
  • de scholen en universiteiten die kennis overdragen;
  • de ziekenhuizen die ons gezond houden;
  • de stabiele rechtstaat die eigendom beschermt;
  • en de generaties voor ons die dat allemaal hebben opgebouwd.

Een econoom zou zeggen: misschien is tien of hooguit twintig procent van de productie te danken aan persoonlijke inzet, en tachtig tot negentig procent aan het systeem waarin we mogen werken.

Het is dus een misverstand dat onze welvaart enkel het resultaat is van individueel talent of hard werken. Natuurlijk, inspanning telt. Maar zonder het collectieve fundament — infrastructuur, kennis, veiligheid, gezondheid — zou die inspanning nauwelijks renderen.

De echte aandeelhouder

Toch behandelt ons economisch systeem die maatschappelijke bijdrage alsof die er niet is. Eerst wordt alle winst volledig toegerekend aan de onderneming, en pas daarna probeert de overheid via belastingen een deel terug te halen. Dat is omslachtig, kwetsbaar voor ontwijking en economisch oneerlijk.

Wat als we dat omdraaien?

Stel dat we erkennen wat eigenlijk al waar is: dat de samenleving medeproducent is van onze welvaart. Dat de gemeenschap dus niet alleen recht heeft op belastingen achteraf, maar op een aandeel vanaf het begin.

In plaats van de winst eerst volledig bij bedrijven te laten landen en vervolgens te belasten, kan de gemeenschap gewoon vanaf de start structureel meedoen. Bijvoorbeeld door automatisch 49% van het aandelenkapitaal van alle niet-natuurlijke rechtspersonen — BV’s, NV’s en holdings — in handen te hebben van de samenleving zelf.

Geen ingewikkelde belastingconstructies meer, geen vennootschapsbelasting, geen eindeloze discussie over aftrekposten of “fiscale sluiproutes”. De gemeenschap ontvangt haar deel direct als winstuitkering, net als iedere andere aandeelhouder.

Van ondernemers naar ondernemingen

Dat is geen straf voor succes, maar een erkenning van samenwerking. Want het beeld van de zelfstandige ondernemer die zijn bedrijf eigenhandig opbouwt, geldt nog maar voor een klein deel van de economie. De meeste grote bedrijven worden niet geleid door ondernemers, maar door managers: mensen in loondienst, gestuurd door aandeelhouders op afstand, vaak gevestigd in andere landen.

Het zijn organisaties die draaien op collectieve voorzieningen — van geschoolde werknemers tot logistieke infrastructuur en rechtszekerheid — maar waarvan de winsten grotendeels privaat blijven.

Juist dáárom is het logisch dat de gemeenschap structureel meeparticipeert. Niet om te straffen, maar om te erkennen dat deze ondernemingen hun rendement alleen kunnen behalen dankzij een samenleving die hun fundament legt.

Zo wordt welvaart niet langer iets wat “herverdeeld” moet worden, maar iets wat vanaf het begin eerlijk wordt verdeeld. Niet door te corrigeren, maar door te erkennen dat de samenleving zelf de grootste investeerder is in elk succesverhaal.

Het maakt zichtbaar wat altijd al waar was: niet alleen jij werkt hard, maar Nederland werkt harder.

En als we allemaal aandeelhouder worden van die gezamenlijke productiviteit, kunnen we ook allemaal profiteren van de groei die we samen mogelijk maken.

Peter van der Wel (12025)

PS: Ben je het eens met de boodschap van deze blog? Post hem op de socials en/of stuur hem door naar een collega of vriend waarvan je denkt dat ze hem ook interessant zullen vinden!  Kreeg je ’m zelf doorgestuurd?  Abonneer je hier gratis op nieuwe blogs.

PPS: Reacties zijn welkom. Je kunt ze mailen naar mijn mailadres.