Sinds we ons realiseren dat AI ook een (groot) deel van ons denkwerk zal gaan overnemen, staat het idee van een basisinkomen weer midden in de belangstelling. In Nederland zijn er zelfs een vereniging en een politiek partij voor opgericht. Het idee van ‘gratis geld’ voor iedereen stuit nog wel op weerstand. Vooral nog, vermoed ik, omdat het indruist tegen de bestaande arbeidsmoraal. Denk maar aan uitspraken als: “wie niet werkt, zal niet eten”. Veel mensen veronderstellen dat mensen niet meer willen werken als ze gratis geld krijgen. Zij zijn bang dat hun buurman of buurvrouw, liever al zappend op de bank zal blijven liggen.
Beschikbaar onderzoek wijst daar niet echt op. Er is al veel onderzoek naar gedaan naar de gevolgen van ‘gratis geld en de uitkomsten zijn eigenlijk allemaal heel positief. Op de eerste plaats blijkt dat mensen gelukkiger worden met een basisinkomen. Nu is dat misschien niet zo heel verrassend met gratis geld, maar mensen blijken er ook gezonder door te gaan leven. En dat is wel verrassend. Maar ook blijken mensen nauwelijks korter te gaan werken als ze een basisinkomen ontvangen en voor zover ze korter gaan werken, gebruiken ze die tijd vooral om langer door te leren, om meer vrijwilligerswerk te doen, of meer mantelzorg. Allemaal zaken waar je toch niet tegen kan zijn. En tot slot blijken mensen ook nog eens meer arbeidsvreugde te ervaren in hun betaalde baan. Dat laatste komt waarschijnlijk omdat ze met een gegarandeerd basisinkomen eerder een baan durven te zoeken waarin ze het echt naar hun zin hebben.
Allemaal heel positieve uitkomsten dus. Een tweede tegenwerping is de vraag: wie zal dat gaan betalen? Het antwoord van de vereniging voor basisinkomen is wellicht heel verrassend. We kunnen het nu al makkelijk betalen! Zij berekenden dat een basisinkomen van € 1600,- netto per maand voor iedere volwassen Nederlander nu al mogelijk is als we ophouden met het rondpompen van geld in het uitkeringscircuit. We hebben in Nederland inderdaad een heel circuit opgetuigd met allerlei toeslagen, uitkeringen en inkomensafhankelijke subsidies. En dat moet allemaal worden geregistreerd en gecontroleerd. Stel dat we al die uitkeringen, inkomenssubsidies en toeslagen in de pot van het basisinkomen stoppen met daarbij alle administratiekosten en de uitvoeringskosten en de controle op de uitkeringen en de controle daar weer op. Dan zou daar genoeg inzitten voor een basisinkomen van ruim 1600 euro per maand per volwassen Nederlander.
Volgens deze berekeningen kwam de som van alle uitkeringen, aftrekposten, toeslagen, hypotheek aftrekken en studiefinanciering volgens de rijksbegroting 2021 neer op een bedrag van 260 miljard euro. Uitgaande van 12,7 miljoen volwassenen is dat dan ruim € 20.400,- per jaar. Een huishouden met twee volwassenen ontvangt dan iedere maand meer dan € 3200,- belastingvrij.
Na invoering van een basisinkomen is er ook geen sprake meer van een armoedeval. Nu gaan uitkeringsgerechtigden er in Nederland soms in eerste instantie financieel op achteruit als ze gaan werken, omdat dan een deel van hun uitkeringen komt te vervallen. En in zo’n systeem zijn we ook gevrijwaard van toeslagenschandalen etc.
Natuurlijk kunnen we niet van vandaag op morgen zo’n systeem invoeren. Maar we kunnen natuurlijk wel beginnen met kleine stapjes. Bijvoorbeeld het terugdraaien van de verhoging van de pensioenleeftijd. En natuurlijk het afschaffen van regelingen die leiden tot de zogenoemde armoedeval. En wat te denken van een ruimhartige regeling voor mensen die zich moeten omscholen als hun baan verdwijnt met de komst van AI?
Peter van der Wel (12024)
Deze blog is een bewerking van een hoofdstukje uit mijn boek: De Goede Toekomst.
PS: Stuur deze blog vooral door naar collega’s en vrienden! Kreeg u ’m zelf doorgestuurd? Abonneer u hier gratis
PPS: Reacties zijn welkom. U kunt ze mailen naar mijn mailadres.