Grenzen aan superrijkdom

De hoogte van inkomens en vermogens. Het blijft een gevoelig onderwerp. Toch denk ik dat het de hoogste tijd is voor een gesprek over het begrenzen van superrijkdom. Er zijn vele goede redenen om daar een maximumgrens voor in te stellen.

Eerst even over waar ik aan denk bij zo’n maximumgrens. Ik denk dan aan een maximumgrens van bijvoorbeeld 1 miljard euro vermogen per persoon. Wij gewone mensen zullen daar dus nooit mee te maken krijgen. Dat geldt ook voor een maximumgrens voor inkomens. Daar denk ik dan aan een bedrag van maximaal 10 miljoen euro per jaar. Ja, ik weet dat er vele mensen dit belachelijke hoge bedragen zullen vinden, maar er zijn echt mensen die zoveel of zelfs nog veel meer bezitten of elk jaar ontvangen.

Er zijn sterke argumenten voor zo’n grens aan vermogens en inkomens. Om te beginnen een moreel argument. Is het te verdedigen dat zo weinigen zoveel bezitten, en zovelen zo weinig? Dat er extreem rijke mensen zijn, terwijl andere mensen gedwongen zijn te leven in extreme armoede of zelfs sterven van de honger of het gebrek aan goede huisvesting of gezondheidszorg?

Maar er zijn nog veel meer argumenten. Bijvoorbeeld een democratisch argument. Superrijkdom leidt vaak tot ongezonde machtsconcentraties. Rijke ondernemers doneren niet voor niets veel geld aan hun welgezinde politieke partijen. En als ze langs die weg geen invloed kunnen kopen, doen ze dat wel met behulp van dure door hen ingehuurde advocaten. Of via door hun gefinancierde kranten, tijdschriften, Tv-stations, denktanks, lobbyisten of leerstoelen. Of langs al deze wegen tegelijk. Extreme rijkdom leidt zo al snel tot een onevenredige grote politieke invloed en verstoort zo de werking van de democratie.

Een hoge concentratie van rijkdom vergroot ook de sociale ongelijkheid en creëert daarmee een kloof tussen de allerrijksten en de rest van de bevolking. Door een grens te stellen, kunnen we middelen en kansen gelijker verdelen en daarmee sociale mobiliteit en gelijkere kansen bevorderen. In een samenleving waar extreem grote vermogens geconcentreerd zijn bij een selecte groep, is de kloof tussen de allerrijksten en anderen moeilijk te overbruggen. Dit leidt tot maatschappelijke spanningen en verlies van sociale samenhang.

MEGA miljonairs vormen vaak een soort maatschappelijke elite, door hun bezit en status. Deze groep vormt zo een min of meer gesloten kaste, en soms zelfs een staat binnen de staat. Helaas blijkt deze elite niet in staat zichzelf te controleren of te corrigeren, terwijl leden van deze groep vaak wel onevenredig veel invloed hebben op het beleid.

Er zijn ook verschillende economische argumenten. Als een klein aantal individuen over zeer grote vermogens beschikt, belemmert dit de concurrentie en bemoeilijkt dit de toegang voor nieuwe spelers tot de markt. Dit beperkt de economische dynamiek en belemmert de innovatie. Enorme vermogens vormen ook een risico voor de financiële en economische stabiliteit. Extreme vermogen in enkele handen maken het economische en financiële systeem kwetsbaar, met negatieve gevolgen voor de bredere economie.

Individuen met extreem hoge inkomens en vermogens zullen ook strategieën bedenken en gebruiken om belastingen te ontwijken. Bijvoorbeeld door hun kapitaal naar landen met gunstiger belastingregimes te verplaatsen. Dit heeft er toe geleid dat sommige grote bedrijven en rijke individuen nauwelijks nog belasting betalen en dat heeft dan weer geleid tot verstoringen van de economie en werkgelegenheid.

Als overheden extreme inkomens en vermogens gaan belasten, krijgen ze ook meer middelen ter beschikking voor essentiële diensten zoals onderwijs, gezondheidszorg, infrastructuur en sociale programma’s. Dit zijn diensten die ten goede komen aan de gehele samenleving en waarop nu juist voortdurend moet worden bezuinigd. Zo bekeken is een extreme concentratie van rijkdom voor sommige mensen letterlijk levensgevaarlijk.

Vanuit economisch perspectief is er nog een argument. Voor superrijken is het marginale nut van een extra miljoen gering. Of in gewoon Nederlands, een extra miljoen euro heeft minder impact op het welzijn van een individu met een vermogen van 100 miljoen euro dan op het welzijn van een individu met een vermogen van 100.000 euro. Daarom kan een econoom betogen dat het beperken van extreem grote vermogens het mogelijk maakt de middelen te herverdelen naar de personen waar ze een grotere positieve impact hebben.

Tot slot is er nog een klimaat argument. De superrijken leveren ook een superbijdrage aan de uitstoot van broeikasgassen en het verbruik van schaarse grondstoffen. De mega-miljonairs lokken ook super consumptie bij anderen uit. Misschien heb ik dan wel geen privé jet of privé eiland op de Bahama’s, maar ik mag daar dan toch wel naar toe vliegen op vakantie?

Het argument tegen een maximum grens? Dan moeten we denken aan belang van persoonlijke vrijheid en economische keuzevrijheid in een vrije samenleving. Je zou kunnen stellen dat het beperken van vermogens en inkomsten een inbreuk zou zijn op deze rechten. Maar het lijkt me dat deze vrijheid ondergeschikt zou moeten zijn aan het gezamenlijk belang van ons als samenleving.

Ik ben erg benieuwd naar jullie reacties op deze eerste gedachten. Als we daar echt een gesprek over aangaan kunnen we wellicht samen een beetje bijdragen aan een betere wereld.

Peter van der Wel 12023

PS: Stuur deze blog vooral door naar collega’s en vrienden!  Kreeg u ’m zelf doorgestuurd?  Abonneer u hier gratis

PPS: Reacties zijn welkom. U kunt ze mailen naar mijn mailadres.