Het internet is geleidelijk aan een steeds belangrijker factor geworden in het verspreiden van ideeën en opvattingen. En het wordt nog steeds belangrijker. Het medialandschap is door internet wezenlijk veranderd. Tot voor kort kenden wij maar twee modellen voor het verspreiden van informatie.
Individuele communicatie van mens tot mens, zeg maar de dorpspomp, de koffieautomaat en het verjaardagsfeestje en grootschalige professionele verspreiding vanuit één zender naar vele ontvangers. Zeg maar de krant en radio en TV. Het internet brengt ons nu een medialandschap waarin het publieke en het private in elkaar overlopen, waarin professionele en amateur informatieverspreiding en productie door elkaar heen lopen en waarin iedereen in meer of mindere mate deelneemt aan het publieke debat.
De mening van de burgers wordt in de informatiesamenleving nog steeds grotendeels bepaald door de massamedia. Deze klassieke media bepalen nog steeds wat actueel is, maar zoals we hiervoor zagen, zijn ze selectief en daardoor niet objectief. Internet is dan handig om de waarheid te verifiëren. Sommige ‘internetwatchers’ voorspellen dat door internet de afhankelijkheid van de massamedia op den duur helemaal zal gaan verdwijnen.
Overal op internet kun je inderdaad je informatie vinden. Google, NU.nl, Youtube en andere websites zoals Wikipedia (de gratis online encyclopedie), Facebook, Twitter, WikiLeaks en Iens zijn inderdaad ook belangrijke informatiekanalen geworden. Vele Nederlanders houden tegenwoordig een persoonlijke internetpagina bij via een weblog of een eigen website. Er zijn zelfs Vlogs oftewel persoonlijke internetpagina’s met videofilmpjes erop. Maar hoe betrouwbaar is al deze informatie? En ben ik wel geïnteresseerd in al die persoonlijke meningen van al die miljoenen Nederlanders?
Ik vermoed daarom dat er nog lang een belangrijke rol zal blijven weggelegd voor de ‘oude’ media. Zoals de TV nooit volledig de radio en de krant heeft verdrongen, zal er waarschijnlijk ook altijd een plaats en tijdstip blijven waarop wij behoefte hebben aan een betrouwbaar en gemakkelijk toegankelijk (papieren of digitaal) publieksmedium. Ik denk dat deze oude media wel een steeds groter deel van hun distributiefunctie zullen verliezen. Distributie wordt immers steeds goedkoper en gemakkelijker en daardoor ook laagdrempeliger. Iedereen kan nu bij wijze van spreken zijn eigen krant of tv-station beginnen. Maar de oude media blijven belangrijke functies vervullen zoals de selectie- en redactiefunctie. Zij selecteren uit alle informatie die stukjes die ik interessant vind. En, wat zeker zo belangrijk is, zij geven die stukjes ook een zeker stempel van betrouwbaarheid mee. Een nieuwsitem in het NOS journaal of in de Volkskrant is voor mij toch meestal nog betrouwbaarder dan eenzelfde item op de blog van een voor mij onbekende meneer Jansen te Wieringerwerf.
In de massamedia wordt iets vaak belangrijk, omdat het ook in andere media verschijnt en iets verschijnt in de media omdat het belangrijk is. Zo is er een soort ‘rondzing’ effect ontstaan in de media. De belangrijkste bronnen en richtsnoeren van de media zijn steeds vaker weer andere media. Dagbladen en tijdschriften ontlenen de keuze van hun hoofdonderwerpen steeds vaker aan het televisienieuws en omgekeerd. Dit leidt dan tot een zelfversterkend systeem, dat kan uitmonden in rondzingen en uitvergroten. Een kwestie is dan belangrijk omdat ‘iedereen’ erover schrijft of praat en omdat ze steeds belangrijker wordt, schrijft en praat iedereen erover. Hierdoor is het gevaar van uitvergroten en demagogie levensgroot aanwezig, wat weer tot allerlei maatschappelijk ongewenste kortetermijnpolitiek kan leiden. Een grote brand, of een vechtpartij in een streekbus is dan al snel een nationaal item, omdat er op de nationale media uitgebreid over is bericht.
Internet en de traditionele media vullen elkaar op die manier ook aan. Op YouTube (en andere community sites) worden allerlei zaken spontaan binnen een subgroep een hit. Je bent beroemd (binnen jouw groep) als er over je wordt gepraat. ‘Men’ praat over je ‘omdat anderen over je praten. Maar verschijnselen en mensen zoals Esmée Denters of Wikileaks worden pas echt groot via de massamedia. Als iets in een kleine groep op internet een hit is geworden, is de kans groot dat het door de publiciteit wordt opgepakt. Inhoud doet dan niet meer zo ter zake. Denk aan het interessante downloadexperiment met de muziekvoorkeuren uit het eerdere hoofdstuk. Succes wordt afgemeten aan het aantal followers en die followers zijn weer geïnteresseerd omdat een aantal trendsetters het verschijnsel, de muziek, het boek of wat dan ook hebben gedownload of gekocht. En als het verschijnsel dan eenmaal door de gevestigde media is opgepakt, is er helemaal geen houden meer aan.
© Peter van der Wel (12008)
PS: Vond u deze blog nuttig of interessant? Deel hem dan met uw Linkedin relaties, of Twitter volgers, of mail hem door naar uw beste klanten, collega’s of vrienden. Naar iedereen die u een duwtje wilt geven om de geweldige kansen te benutten die de toekomst ons biedt.
PPS: Heeft u nog aanvullingen? Wilt u reageren op dit artikel? Plaats u vraag, reactie of aanvulling in het tekstvak hieronder.