Eerst de voorspellingen. We gaan ons minder verplaatsen. We gaan ons duurzamer verplaatsen. Onze spullen zullen we van minder ver gaan halen. Misschien vindt u dat nu voor de hand liggend, maar als ik u dit een jaar geleden had voorspeld, had u mij vast niet geloofd.
Concreter: we zullen meer gebruik gaan maken van onderwijs op afstand, van teleconferencing, van telehealth, van thuiswerken etc. Allemaal ontwikkelingen die al in gang waren gezet, maar die door de COVID crisis zijn versneld. En die allemaal leiden tot minder vervoersbewegingen.
Gewin, gemak en genot
De drijvende kracht hierachter is de bekende wet van gewin, gemak en genot. Zowel voor de aanbieders als de gebruikers van deze telediensten blijken er onverwachte voordelen aan deze diensten te zijn verbonden. Naast overigens ook nadelen. Deze telediensten zullen zich daarom de komende jaren nog verder ontwikkelen. We zitten wat dat betreft nog maar in de fase van de ‘paardloze koets’. We hebben vooral bestaande processen ‘tele’ gemaakt en moeten nog leren hoe wij deze beter kunnen vormgeven. Dat is een proces van jaren, van werkende weg leren en van vele kleine verbeterstapjes. Zie maar hoe we van die paardloze koets na ruim een eeuw zijn uitgekomen bij de autonoom rijdende elektrische paardloze koets.
Duurzamer reizen
We zullen ons ook steeds duurzamer gaan verplaatsen. Overheden hier in Europa, maar ook daarbuiten zullen steeds striktere duurzaamheidseisen gaan stellen. Hier zit niet alleen het veranderde denken over duurzaamheid achter, maar ook het simpelweg steeds meer doorberekenen van de maatschappelijke kosten van mobiliteit.
Andere vormen van mobiliteit
Diesels zullen steeds meer uit de steden worden geweerd. Stadscentra zullen steeds vaker autovrij worden. Dat betekent automatisch ook dat er meer ruimte komt voor andere vormen van (micro)mobiliteit. Fietspaden, deelfietsen en scooters, elektrische deelauto’s etc. Auto’s zullen ook steeds vaker elektrisch zijn. Ook hier speelt weer die wet van gewin, gemak, en genot. De consumentenvoorkeuren wijzigen zich nu snel. Zelfs in Duitsland geeft nu al meer dan 40% van alle automobilisten aan voorkeur te hebben voor een elektrische auto. Intussen dalen ook de prijzen van deze EV’s in rap tempo.
Prijs batterijen gehalveerd
Ook de batterijtechnologie wordt nog steeds beter en goedkoper. Sinds 2010 is de prijs van batterijen per Kwh gehalveerd en die ontwikkeling zal dankzij verdere schaalvergroting verder doorzetten. De onderhouds- en gebruikskosten van EV liggen een stuk lager dan die van brandstofauto’s. Nu nog de aanschafkosten. Maar ook hier kunnen de overheden een doorbraak forceren, als ze de werkelijke kosten van brandstofmotoren gaan doorberekenen.
Verder komen er ook betere en snellere treinverbindingen voor de grotere afstanden. Niet alleen om lange afstandsautoritten te vervangen, maar vooral om het aantal vliegbewegingen te verminderen.
Luchtvaart
Ook de luchtvaart blijft niet buiten schot. De COVID crisis heeft ons laten zien hoe prettig het leven rondom Schiphol kan zijn zonder vliegtuiglawaai en luchtvervuiling. Maatschappelijk is het niet langer acceptabel dat een vliegticket voor een weekendje stappen in Barcelona of Praag minder kost dan een treinretourtje naar Groningen of Maastricht. Kerosine zal niet langer onbelast blijven en andere belastingvoordelen zullen verdwijnen nu de maatschappelijke kosten van deze weinig duurzame vorm van mensen en spullen vervoeren steeds meer zichtbaar worden.
Lange productieketens kwetsbaar
Dat speelt ook bij het internationale vrachtverkeer over land en over de zee. De COVID crisis heeft duidelijk gemaakt hoe kwetsbaar lange productie ketens zijn – en hoe kwetsbaar onze eigen economie is – als we spullen over de hele wereld heen blijven slepen, alleen maar om enkele centen meer winst te kunnen maken terwijl de maatschappelijke kosten – ook hier weer – niet worden doorberekend. Kortom we zullen ook onze spullen duurzamer en dus van minder ver halen.
Crisis volgt voorspelbare patronen
Dan de theorie hierachter. Een crisis volgt altijd een aantal voorspelbare patronen. Wie die leert herkennen, kan voorspellen wat we mogen verwachten. Daarbij maakt het niet uit of het gaat om een mondiale crisis, een nationale crisis, een crisis in een bepaalde sector of bedrijfstak, een crisis voor een bedrijf of organisatie, of een persoonlijke crisis. Steeds is er sprake van een systeem en een crisis als gevolg van een externe schok. Zo’n crisis kent een bepaalde fasering. Van ontkenning naar rouw, naar impasse, naar acceptatie en tenslotte verwerking. Uiteindelijk zal het systeem zich aanpassen aan de nieuwe situatie. Niet altijd duren alle fasen even lang of kort, maar ze komen wel altijd in deze volgorde.
Ook het aanpassen aan de nieuwe situatie volgt een voorspelbaar patroon. Een crisis brengt allereerst al bestaande spanningen en onevenwichtigheden binnen het systeem aan het licht. De crisis raakt de minder goed functionerende onderdelen van het systeem het hardst. De dode takken worden afgekapt. Er wordt aan de boom geschud. Wat overblijft is dan steviger, vitaler, efficiënter en robuuster. Dit biedt ruimte aan al bestaande maar nog nieuwe ontwikkelingen. We zien al bestaande ontwikkelingen versnellen. Dat zagen we ook bij deze COVID-19 crisis.
Aanpassingen vergen tijd
Dat aanpassen gebeurt doorgaans niet van de ene op de andere dag. Hoe groter en hoe ingewikkelder het systeem, hoe trager die aanpassingen zijn afgerond. Dat heeft te maken met alle check & balances die in grote en ingewikkelde systemen zijn ingebouwd. Daardoor zullen sommige aanpassingen soms pas vele jaren later duidelijk worden.
Hierbij speelt het verschijnsel van de bifurcatie. In een zich aanpassend systeem is sprake van bifurcaties. Het systeem kan zich op verschillende manieren aanpassen aan de externe schok. Dat kan soms de ene kant of juist de andere kant op bewegen. Soms is er sprake van een echt revolutionaire doorbraak, soms kiest zo’n systeem voor een veel meer geleidelijke weg. Afhankelijk hiervan treedt dan een ander keten van oorzaken en gevolgen op. Vaak is het moeilijk om vooraf te voorspellen welke kant het op zal gaan.
Geleidelijk aanpassen of drastisch
Denk bijvoorbeeld aan de positie van de luchtvaart. We zouden nu kunnen kiezen die bevoorrechte positie snel af te bouwen. Dat is dan de geleidelijke aanpassing. Maar wanneer we die aanpassing nog jaren voor ons uitschuiven, komt er een moment dat we de onevenwichtigheden alleen nog met zeer drastische ingrepen kunnen oplosssen. Op dit moment is nog moeilijk te voorspellen welke keuze we zullen maken. Dat maakt toekomstvoorspellen in een periode tijdens of vlak na een ernstige crisis extra moeilijk. Maar ook extra relevant en interessant.
© Peter van der Wel (12020)
PS: Interessant? Stuur deze blog dan vooral door een collega of vriend! Kreeg u ’m zelf doorgestuurd? Abonneer u hier gratis
PPS: Wilt u maandelijks als eerste mijn nieuwste blog ontvangen? Geef u hier op voor gratis toezending